Opdracht 24 Loop en berekeningen 1¶
- Schrijf een programma, dat de tafel print van een door de gebruiker op te geven geheel getal. Gebruik hierbij een loop. De in- en uitvoer van het programma moet er als volgt uitzien:
Welke tafel wilt u printen? 3 \ \ De tafel van 3: \ 3 \ 6 \ 9 \ 12 15 \ 18 \ 21 \ 24 \ 27 \ 30
- Breid het programma zo uit, dat de gebruiker ook kan aangeven hoeveel getallen hij/zij wil printen. De in- en uitvoer ziet er dan als volgt uit:
Welke tafel wilt u printen? 12 \ \ Hoeveel getallen wilt u printen? 3 \ De tafel van 12: \ 12 \ 24 \ 36
- We breiden ons programma dat tafels afdrukt nogmaals verder uit. Zorg er nu voor, dat de gebruiker meerdere tafels achter elkaar kan printen. Het programma stopt pas wanneer voor (de tafel van) 0 wordt gekozen. Een voorbeeld van de in- en uitvoer:
Welke tafel wilt u printen (0 = stoppen)? 12 \ \ Hoeveel getallen wilt u printen? 3 \ \ De tafel van 12:\ 12 \ 24 \ 36 \ Welke tafel wilt u printen (0 = stoppen)? 2 \ Hoeveel getallen wilt u printen? 4\ De tafel van 2: \ 2 \ 4\ 6 \ 8 \ Welke tafel wilt u printen (0 = stoppen)? 0
Hints: - Plaats je eerdere code binnen een nieuwe loop, die net zolang
doorgaat tot de gebruiker 0 kiest. Gebruik je daarvoor for
of while?
- Je krijgt te maken met een geneste loop: een loop in een loop. Let
goed op welke code binnen welke loop hoort en zorg ervoor dat je
zorgvuldig omgaat met het inspringen!