Skip to content

Visie Bonusklas

Leren door te spelen, te bewegen en te ontdekken

In de Bonusklas draait alles om camouflage-leren: leren zó leuk en speels maken, dat kinderen niet eens doorhebben dat ze leren. Onze leerlingen komen bij ons na een lange schooldag. Ze zijn jong(groep 3 t/m 6), vol energie, maar ook vaak moe van stilzitten en luisteren. Bij ons vinden ze een andere wereld: eentje waarin leren voelt als spelen, waarin fouten maken mag, waarin beweging net zo belangrijk is als woorden, en waarin hun unieke talenten worden gezien en gevierd.

1. Spelend leren: leren met een glimlach

Wij geloven in de kracht van spel. Niet als beloning ná het werk, maar als vorm vàn het werk. Spel daagt uit, maakt nieuwsgierig, en zorgt voor intrinsieke motivatie. Wetenschapper Kristien Hansebout noemt spelen “de natuurlijke leerweg van kinderen”. Spel stimuleert probleemoplossend denken, taalvaardigheid en samenwerking — precies wat we willen.

Voorbeelden

  • Klokkijken doen we niet met werkbladen, maar met een levensgroot dobbelspel: gooi de tijd, zet zelf de wijzers, en leg uit waarom het klopt.
  • Taal oefenen we met rollenspellen: we spelen een winkel, een dierenarts of een raadspel waarbij je alleen mag praten in vragen.
  • Begrijpend lezen gaat via een speurtocht in de school of buiten: elk goed gelezen raadsel brengt je een stap dichter bij de schat.

2. Bewegend leren: je lijf als leermiddel

Leren gebeurt niet alleen in het hoofd. Beweging activeert het brein, verlaagt stress en verhoogt het leerplezier. Uit onderzoek van o.a. Erik Scherder en Eveline Crone blijkt dat fysieke activiteit het werkgeheugen en concentratievermogen versterkt — essentieel voor kinderen die op school al veel stil hebben gezeten.

Voorbeelden

  • Rekenen met een bal: gooi de bal naar een klasgenoot en zeg een keer-som, de vanger geeft het antwoord terug. Of we doen een estafette waarbij je op elk tussenpunt een som oplost.
  • Letterjacht door het lokaal: vind de woorden, sorteer op klank, bouw samen een verhaal. “Rekenhonkbal”: ren naar het juiste antwoordveld nadat je een som op het bord zag verschijnen.

3. Schoolse vaardigheden: oefenen zonder druk

We versterken taal, rekenen en executieve functies, maar zonder het gevoel van ‘moeten’. Veel van onze kinderen horen op school wat ze niet goed kunnen — wij kiezen bewust voor een andere toon. Wij bouwen aan leerplezier, zodat kinderen wíllen oefenen. Dat doen we via betekenisvolle contexten, samenwerking en veel positieve feedback.

Voorbeelden

  • Samen bouwen aan een brug van karton en rekenen met de afmetingen.
  • Een verhaal maken bij een strip en ondertussen spelling oefenen.
  • Woordenschat uitbreiden met een memoryspel waarin je woorden koppelt aan geluiden of bewegingen.

4. Sociaal-emotionele ontwikkeling: een veilige basis

Een kind leert pas echt als het zich veilig voelt. Daarom besteden we veel aandacht aan groepsgevoel, zelfvertrouwen en emotieregulatie. We praten niet alleen óver gevoelens, we oefenen ermee in spel, drama en samenwerking.

Voorbeelden

  • Samenwerkingsspellen waarbij je alleen kunt winnen als je goed overlegt.
  • De ‘gevoelens-bingo’: kinderen zoeken situaties bij gevoelens en vertellen hierover.
  • Kinderen benoemen na afloop van een activiteit wat goed ging — bij henzelf en bij anderen.

5. Talentontwikkeling: energie als kompas

Zoals Luk Dewulf het zegt: talent is iets wat vanzelf lijkt te gaan én waar je energie van krijgt. Wij helpen kinderen ontdekken wat dat voor hen is. Niet alleen door te observeren, maar ook door er woorden aan te geven en ze er trots op te laten zijn.

Voorbeelden

  • Talentpaspoorten waarin kinderen tekenen of schrijven wat zij goed kunnen of leuk vinden.
  • Creatieve middagen waarbij kinderen kiezen uit koken, bouwen, dansen, tekenen, programmeren of toneel.
  • Kinderen mogen hun talent aan anderen ‘leren’ in kleine workshops: van voetbaltrucjes tot goocheltrucs of papiervouwen.

Waarom deze aanpak werkt

  • Spel en beweging stimuleren het brein verhogen motivatie en maken leren betekenisvoller (Crone, Scherder, Vygotsky).
  • Positieve benadering versterkt het zelfbeeld en voorkomt faalangst (Carol Dweck – growth mindset).
  • Autonomie en keuzevrijheid leiden tot meer betrokkenheid (Ryan & Deci –zelfdeterminatietheorie).
  • Talentgericht werken zorgt voor meer zelfvertrouwen en motivatie (Luk Dewulf – ‘Ik kies voor mijn talent’).